Als serieuze inkoper eis je uiteraard het liefst het maximale van deze drie aspecten van je leverancier. Je wilt de hoogste kwaliteit, uiteraard zo goedkoop mogelijk en bij voorkeur direct geleverd. Hoe realistisch is dat?
Er bestaat een gezegde welke veelal gebruikt wordt binnen projectmanagement die zegt: “Good, fast or cheap, pick two!” Dit staat beter bekend als de duivelsdriehoek ofwel business triangle en weerspiegelt het speelveld waarbinnen ook leveranciers en inkopers opereren. “Good” verwijst naar de kwaliteit van het eindproduct, “fast” naar de tijd die nodig is om het product of de dienst te maken en “cheap” verwijst naar de totale kosten van het product of de dienst. Het bewegen in het voordeel van goedkoop (ofwel besparing) betekent in dit model onvermijdelijk een beweging in het nadeel van de kwaliteit of tijd of een combinatie ervan. Iets kan alleen goedkoper en sneller, als de kwaliteit eronder lijdt. Het zijn wellicht clichés, maar daardoor niet onwaar.
Op de website van een aannemer vond ik zijn uitleg (met een knipoog) op basis van dit trillemma:
- Goed + Snel = Duur: Kies goed en snel en we zullen elk ander werk uitstellen, alle afspraken annuleren en we zijn 25-uur per dag beschikbaar om uw klus te klaren. Maar verwacht niet dat het goedkoop zal zijn.
- Goed + Goedkoop = Langzaam: Kies goed en goedkoop en we zullen eveneens goed werk leveren voor een gereduceerd tarief. Maar wees geduldig totdat we een vrij moment hebben om het werk uit te voeren.
- Snel + Goedkoop = Lagere kwaliteit: Kiest u voor snel en goedkoop, verwacht een inferieure job die we op tijd leveren. Je krijgt waarvoor je betaalt, en naar onze mening is dit de minst gunstige keuze van de drie.
Uiteraard is het uw waardeperceptie m.b.t. goed, snel en goedkoop die antwoord geeft op dit trillemma en is deze bij iedere organisatie/inkoper verschillend. Natuurlijk zijn er leveranciers die profiteren van deze gedachte en vaak de dure variant als enige oplossing bieden. Niemand zit te wachten op een vertraging of een minderwaardige kwaliteit, waardoor de dure oplossing vaak overblijft. Als professioneel inkoper bent u vanzelf in staat om dit te doorzien en kunt u met een gerust hart zeggen dat u deze drie items maximaal weet te managen, toch? Maar realiseert u dat ook leveranciers hun klanten uitzoeken en er alles aan doen om u weg te houden bij de concurrentie door deze perceptie te optimaliseren.
Mijn stelling is dat iedere organisatie de leverancier krijgt die hij of zij verdient. Het is de taak van de inkoopprofessionals te herkennen wat de organisatie nu nodig heeft, op dit moment. Hoe belangrijker de opdracht, des te belangrijker de afweging tussen “good, fast or cheap”? Vraag daarbij uzelf tevens af of u wel een leverancier wil die makkelijk meebeweegt met al uw inkoopeisen, één die smijt met kortingen, razendsnel levert of altijd de goedkoopste is bij aanbiedingen.
Heeft deze voldoende geïnvesteerd in zijn/haar organisatie, producten of diensten en gaat voor een duurzame relatie met u?